Weinig plekken in Europa zijn zo wild, wijds en ongerept als de Schotse Highlands. Eindeloze wegen leiden je er van panorama naar panorama door landschappen vol groene valleien, donkere meren en verweerde kastelen. Trot Op! trok op roadtrip van Edinburgh naar het vlakbijgelegen Glasgow, maar besloot het interessant te houden en een kleine omweg van zo’n 1.000 kilometer door de rest van Schotland te maken.
Schotland, beste vrienden, is één van m’n favoriete Europese bestemmingen. Buiten een enkele streep zon, iet of wat huidpigment en het fatsoen om af en toe een broek te dragen, hebben de Schotten immers alles wat een mens maar wensen kan. Je kan er fantastische steden bezoeken, quasi iedereen is er tegelijkertijd chronisch depressief en hilarisch en vooral in het noorden loop je er door imposante, quasi onbewoonde landschappen die uit een donkere oertijd lijken te stammen. Het is geen toeval dat net hier legendes als die van het Monster van Loch Ness zo levendig blijven. Zelfs de Romeinen besloten wijselijk niet tot in Schotland door te dringen. Hun legioenen onderwierpen de voorouders van de Engelsen alsof het een bende kleuters betrof, maar toen ze richting Highlands keken en er plots een horde stomdronken rosse barbaren in dolgedraaide euforie hun richting uit kwam hossen, liep het nat hen zo in de sandalen dat ze stante pede een vier meter hoge muur van kust tot kust lieten optrekken. Je zal ze maar over de vloer krijgen.
De perfecte roadtrip door Schotland: in 10 Highland stops van Edinburgh naar Glasgow
Ondertussen is men in Schotland ietwat gekalmeerd, en kan iedereen die tegen een stootje kan er naar believen een reis uitplannen. Voor wie er met de wagen op uittrekt – na een minuut of tien ben je dat links rijden wel gewend – is de enige last de overvloed aan keuze. Je rijdt er door kleine sfeervolle dorpjes en langs meren waar je soms amper de overkant van ziet; je trekt dagenlang door regio’s die zo uit een historisch drama zouden kunnen komen en je kan er proeven van de beste whisky’s ter wereld – recht op de grond waaruit ze de turf hebben gestoken om de gerst mee te drogen. Voor m’n laatste reis door Schotland stippelde ik een magnifieke route uit van Edinburgh naar Glasgow. Die steden liggen op amper een uurtje autostrade van elkaar en da’s niet bepaald spannend. Daarom besloot ik er een lus door quasi het hele land aan toe te voegen. Ik zou vanuit Edinburgh de Highlands doorkruisen tot op het Isle of Skye, en vervolgens via Loch Lomond opnieuw zuidwaarts rijden. Onderweg passeerde ik uiteraard de beste stops voor de ideale roadtrip door Schotland.
1. Edinburgh: de schitterende Schotse hoofdstad
De meeste reizen naar Schotland beginnen in Edinburgh. Da’s niet alleen omdat bijna alle vluchten daar landen, maar voornamelijk omdat de Schotse hoofdstad een enorm populaire bestemming voor citytrips is. Edinburgh is wat mij betreft dan ook één van de aangenaamste steden van Europa, en daar draagt de overal rondsluimerende sfeer heel wat toe bij. Het oude centrum ademt geschiedenis, en strekt zich langs de Royal Mile uit vanaf het imposante Edinburgh Castle tot aan het paleis van Holyroodhouse een Schotse mijl verderop. Vanuit die hoofdstraat vol historische gebouwen vertrekt een heel doolhof aan donkere steegjes en closes, waardoor de Old Town recht uit de middeleeuwen lijkt te komen. Achter quasi elke hoek en op elk kerkhof – die liggen ook gewoon in het centrum – schuilt wel één of andere legende. Daardoor worden in het stadscentrum heel wat spooktours georganiseerd. Die zijn bijna altijd informatief, entertainend en lekker luguber. Over m’n citytrip in Edinburgh en alle griezelige toestanden die je er kan bezoeken maakte ik al een uitgebreide blogpost die je hier kan lezen.
2. Stirling Castle: de sleutel tot het noorden
De weg naar de Highlands leidt al sinds mensenheugenis door Stirling: een stadje op een uur rijden van Edinburgh. “He who holds Stirling, holds Scotland”, is een oud gezegde waar lang veel waarheid in schuilde. Eeuwenlang was Stirling één van de belangrijkste strategische locaties op de Britse Eilanden. Het is hier dat William Wallace en later Robert The Bruce het Engelse leger afhielden. Hun standbeelden staan er nog steeds, en met het National Wallace Monument kreeg Braveheart er zelfs een toren cadeau die niet had misstaan in de Lord of the Rings trilogie. De film van Mel Gibson is voor veel Schotten wel een historische aanfluiting. Wallace was geen boer maar een edelman; kilts waren nog niet uitgevonden en van het Australisch-Schotse accent van Gibson werden ze ook niet bepaald wild. “They may take our lives, but they’ll never take our Foster’s mate!”
“Stirling was eeuwenlang één van de belangrijkste strategische locaties op de Britse Eilanden. Het is hier dat William Wallace en later Robert The Bruce het Engelse leger afhielden.”
Stirlings grootste trekpleister, en meteen de reden voor het strategische belang van de stad, is Stirling Castle. Da’s een imposante burcht op een uitgedoofde vulkaan, en de plek waar Mary Stuart, Queen of Scots nog heeft gewoond. Eind jaren negentig werd het hele kasteel gerenoveerd, en dat lokte de nodige controverse uit. Men had de grote hal langs buiten namelijk felgeel geschilderd en dat vonden veel locals er belachelijk uitzien. Na analyse van een hoop oude verfmonsters bleek die beslissing historisch echter volledig correct. Heel wat kastelen kregen vroeger een kleurrijke lik verf, wat meteen ons beeld van de grauwe middeleeuwse burcht ontkracht. Op zich niet onlogisch: niemand woont graag tussen een deprimerende hoop grijze stenen. Vanbinnen werd de burcht nog mooier gerenoveerd. Alle koninklijke vertrekken kunnen bezocht worden en werden rijkelijk versierd met handgemaakte meubels, prachtige houten plafonds en ter plekke geweven wandtapijten. Je wordt er trouwens rondgeleid door gekostumeerde gidsen die er in slagen in hun rol te blijven zonder dat het pijnlijk wordt.
Ook interessant in Stirling:
–The Church of the Holy Rude: oude kerk in een mooi kerkhof, en het enige nog overgebleven exemplaar buiten Westminster Abbey waar ooit een kroning plaatsvond.
–Argyll’s Lodging: 17e-eeuws herenhuis waar ik tien jaar geleden lekker heb gegeten. De toegang is gratis voor wie een ticket voor Stirling Castle koopt. Wordt momenteel wel gerestaureerd.
3. Glencoe: een eerste blik op de Schotse Highlands
Wie vanuit Stirling naar Fort William rijdt – het eindpunt van de West Highland Way: één van de bekendste langeafstandswandelingen in het VK – moet door Glencoe. Da’s een nevelachtige, kilometerslange vallei vol grillige pieken (The Three Sisters zijn het fotogeniekst), diepe kloven en donderende watervallen die tijdens de ijstijden door gletsjers werd uitgeslepen. Hier ben je voor het eerst officieel de Lowlands uit en dat merk je onmiddellijk. Glencoe is één van de populairste outdoor-bestemmingen van Schotland. Je kan er wintersporten, raften, mountainbiken, in zogenaamde microlodges (die er uitzien als grote houten worsten) in de bergen overnachten en vooral prachtige wandelingen maken terwijl je je lekker nietig voelt ten opzichte van de overweldigende natuur rondom. Omdat we natuurlijk nog steeds in Schotland zitten, hangt ook aan Glencoe een donker verhaal vast. Eind 17e eeuw werden de belangrijkste leden van de opstandige MacDonald-clan hier door aan de koning loyale soldaten uitgemoord, nadat de MacDonalds diezelfde kerels eerst een week vrolijk als gasten hadden ontvangen. Een Red Wedding avant la lettre dus, in een decor dat zo uit Game of Thrones had kunnen komen.
4. Loch Ness: veel water maar geen Nessie
Loch Ness ziet er op het eerste zicht niet anders uit dan de rest van de Schotse lochs, maar toch is het één van de bekendste meren ter wereld. Dat komt uiteraard door het monster dat elk jaar wel door één of andere dubbelziende dronkaard wordt gespot die op dat moment toevallig nooit een gsm bij heeft om het beest op beeld vast te leggen. Om het lot wat te tarten ging ik aan de zuidelijke punt van het meer bij Fort Augustus met m’n voeten in het ijskoude water staan. Tot mijn grote verbazing kwam er bijna onmiddellijk een Nessie aanzwemmen, zij het dan een labrador met dezelfde naam die een tennisbal achterna was gesprongen – waarschijnlijk erg populaire dierennaam alhier. In het Loch Ness Centre in Drumnadrochit (zet dat maar eens op je enveloppen) leer je alles over de mythe en waarom er zo goed als zeker niets van aan is. Hoewel Loch Ness meer water bevat dan alle meren in Engeland en Wales opgeteld – op sommige plekken is het meer dan 200 meter diep – is het visbestand er veel te klein om plesiosauriërs of andere prehistorische monsters te onderhouden. Nessie was naar alle waarschijnlijkheid dan ook een verdwaalde steur, zeehond of zelfs een omgekieperde roeiboot. Jammer voor de fans, maar gelukkig is het meer zelf ook mooi.
5. The Isle of Skye: Schotland in z’n puurste vorm
The Isle of Skye is voor velen het hoogtepunt van een roadtrip door de Schotse Highlands. Het is een dunbevolkt eiland vol bizarre rotsformaties, ongerepte landschappen en een kust die ijzingwekkende kliffen afwisselt met idyllische baaien. Als het licht er door de wolken breekt loop je er bijna letterlijk door een schilderij. Portree is met z’n kleurrijke haventje het voornaamste dorp op het eiland, maar er woont nog geen 2.500 man. Op Skye is het vooral de natuur die het volk lokt. De Quiraing bijvoorbeeld, is een bijna buitenaards aandoend landschap vol vreemde uitstulpingen. Die zijn het resultaat van een reeks landverschuivingen die nog steeds aan de gang zijn – de weg ernaartoe moet daardoor bijna elk jaar gerepareerd worden. The Old Man of Storr is een andere onwereldse rotsformatie, en de wandeling ernaartoe is de populairste op het eiland. Meer zin in waterpret? Trek dan naar de Fairy Pools: een azuurblauw bassin tussen de rotsen waar een hele reeks watervalletjes in uitkomt – wel koud uiteraard.
“Skye is voor velen het hoogtepunt van een roadtrip door Schotland. Het is een dunbevolkt eiland vol bizarre rotsformaties, ongerepte landschappen en een kust die ijzingwekkende kliffen afwisselt met idyllische baaien.”
Op Skye kan je ook lekker eten. The Three Chimneys is een ex-Michelinrestaurant in een oude cottage waar je nog steeds erg fine kan gaan dinen en achteraf ook kan blijven slapen. Kinloch Lodge is een andere plek die ooit een ster had: een klein hotelletje met een toprestaurant in het zuiden van Skye. Twee oude landhuizen kijken hier vanop een heuvel over het water uit en zijn meteen de enige gebouwen in de wijde omgeving. Nog meer privacy nodig? De Storr Apartments zijn twee luxueuze studioappartementen aan een meer net buiten Portree – niemand anders in de buurt.
6. Met de speedboot op safari langs de kust van Skye
Het is vaak pas vanop het water dat het landschap van Skye zich helemaal ontplooit. Een hoop maatschappijen bieden boottours aan rond het eiland, en die gaan van trage en comfortabele toeristenbootjes tot speedboten die meer dan 60km/u halen. Ik koos voor optie twee en scheurde met een rib-boot van AquaXplore langs de grillige westkust. Wie geluk heeft ziet op zo’n zeesafari dolfijnen en (heel soms) zelfs orka’s, maar ik spotte geen van beiden. Tijdens een stop in het mooie Loch Scavaig zag ik wel een kolonie van een paar honderd zeehonden liggen, waarvan enkelen ongegeneerd tot bij de boot kwamen zwemmen. Achter Loch Scavaig ligt het binnenmeer Loch Coruisk. Daar banen flinterdunne watervalletjes zich een weg omlaag langs gitzwarte rotsen, en steekt paars vingerhoedskruid af tegen het natte gras. Toen de zon plots door de wolken brak, weerkaatsten de natgeregende zwarte stenen het zonlicht waardoor alles in een kwikzilveren spiegel veranderde. Een mens komt al eens iets tegen op reis.
7. De Talisker Distillery: drink één van de beste whisky’s ter wereld
Skye heeft de perfecte grond om whisky op te stoken: in se is het een reusachtige steen waar het water afstroomt. Toch is Talisker één van de enige single malts die er geproduceerd wordt. De distilleerderij ligt al sinds 1830 op een prachtlocatie aan de gelijknamige baai, en volgens kenners als Michael Jackson – de drankexpert, niet de popster – is het één van de beste whisky’s ter wereld. Tijdens één van m’n allereerste persreizen werd ik hier voor een gala-avond uitgenodigd in een grote tent in de baai (toen hadden de toeristische diensten nog geld) en stond de Talisker tijdens het diner gewoon in flessen op tafel. Nog voor het hoofdgerecht werd opgediend hadden half m’n tafelgenoten hun hele levensverhaal al verteld. De Schotten geloven dat goeie whisky altijd doet terugdenken aan de plaats waar je hem voor het eerst dronk, en ze hebben gelijk. Ik heb thuis nog altijd een fles Talisker staan, en bij elk occasioneel glas ruik ik nat gras, turf en de zee. Moest ik hem op de parking van de Carrefour hebben binnen gegoten zou m’n herinnering ietwat minder idyllisch wezen.
8. Het Glenfinnan Viaduct: wachten op de Hogwarts Express
Edinburgh wordt niet zelden genoemd als de stad die als inspiratie diende voor de Harry Potterboeken. Dat komt omdat J.K. Rowling er woonde toen ze het gros ervan schreef. Scenes voor de films werden er – voor zover ik weet – niet opgenomen. Heel wat andere plekken in Schotland dienden wel als decor. Het meer rond Hogwarts is Loch Schiel; de waterval waar Harry achtervolgd wordt door een draak is Steall Falls en de hut van Hagrid ligt vrij duidelijk in het hierboven besproken Glencoe. De meest iconische en onmiddellijk herkenbare Harry Potterlocatie is echter het Glenfinnan Viaduct: da’s de stenen treinbrug waar de Hogwarts Express over dendert in de eerste paar films. Dat ziet er in het echt exact hetzelfde uit. Twee keer per dag komt de stoomtrein die ook in de films werd gebruikt er zelfs fotogeniek over rijden (om 10.45 en om 15.00u voor de liefhebbers). Dat lokt uiteraard altijd wel een paar Harry Potterfans. Alleen zal je er dus zelden staan, maar schudt een paar welgemikte depulso’s uit je toverstok en je flikkert ze zo uit beeld.
9. Loch Lomond: studentenliedjes zingen bij de bron
“By yon bonnie banks and by yon bonnie braes, where the sun shines bright on Loch Lomond…” Iedereen die in een ver verleden wel eens een cantus buitenstrompelde kent deze zin nog uit het hoofd. Het is de intro van één van de populairste meezingers uit de studentencodex. Dat het ook een echt meer is dat je kan bezoeken, kwam toen om allerlei voor de hand liggende redenen nooit bij me op. Het Loch Lomond and the Trossachs National Park is nochtans het oudste nationale park van Schotland, en ook één van de populairste. Loch Lomond is een uitgestrekt meer boven Glasgow, omringd door ruige heuvels en groene bossen. Perfecte daguitstap voor Glaswegians die willen genieten van de tien dagen zon die ze er per jaar gul in de schoot krijgen geworpen. Je kan hier boottours op het meer boeken, of zelf een kajak huren en de eilandjes verkennen. Wie het graag iets intensiever houdt, kan Ben Lomond beklimmen: een flinke berg van bijna 1000 meter hoog die ook in het liedje voorkomt. Ik maakte er een prachtige zonsondergang mee, en besloot er om de traditie in ere te houden toch maar een ad fundum op te drinken. Prosit senior, prosit corona.
10. Glasgow: een stad van komieken
De laatste dag van m’n roadtrip door Schotland bracht me in een erg druilerig Glasgow. Het contrast met het verfijnde Edinburgh is best groot. Glasgow is een ex-industriële arbeidersstad. Op het eerste zicht lijk je hier in de film Trainspotting rond te lopen en ziet alles er grauw en grijs uit – het Britse Charleroi zeg maar – maar als je dat na een paar uur nog denkt heb je niet goed genoeg gekeken. Glasgow beschikt over prachtige architectuur en parken, en het nachtleven is er wild. Er vallen ook verschillende topmusea te bezoeken, met de Kelvingrove Art Gallery and Museum als voornaamste exponent. Dat ligt in een massief Victoriaans gebouw en heeft alles in huis van dino’s en opgezette beesten tot kunst van Dali en Rembrandt. Er hangt zelfs een Spitfire uit WOII aan het plafond.
“Glasgow is een ex-industriële arbeidersstad. Op het eerste zicht lijk je hier in de film Trainspotting rond te lopen en ziet alles er grauw en grijs uit, maar als je dat na een paar uur nog denkt heb je niet goed genoeg gekeken.
Wat Glasgow vooral uniek maakt, is de snoeiharde humor en zelfspot van de inwoners. Het meest iconische beeld in de stad is daar een perfect voorbeeld van. Voor de Gallery of Modern Art staat een heroïsch ruiterstandbeeld van de eerste Duke of Wellington. Ergens in de vroege jaren tachtig klommen een paar dronken studenten het beeld op om het hoofd van de Duke te verfraaien met een oranje verkeerskegel. Elke keer de stadsdiensten het geïmproviseerde hoedje kwamen verwijderen, stond er een dag later een nieuw exemplaar (of een leuk torentje van drie) voor in de plaats. Omdat de verwijderingskosten jaarlijks opliepen tot meer dan 10.000 pond besloot de stad een tijd geleden de mop definitief tot een einde te brengen en werd een plan opgesteld om de hoogte van de sokkel te verdubbelen. Toen dat werd bekendgemaakt ontstak Glasgow in volkswoede. Op één dag tijd werden 10.000 handtekeningen verzameld; een ‘Keep the Cone’ Facebook groep groeide aan tot 72.000 leden op minder dan 24 uur tijd en er werd zelfs een protestrally georganiseerd. Vandaag de dag staat de kegel er uiteraard nog.
Hotels en huurauto’s voor een Schotse roadtrip
Voor m’n roadtrip door de Highlands werkte ik met DiscoverCars. Op hun platform kan ik verschillende lokale providers met elkaar vergelijken om de beste deal voor elke bestemming te vinden. Ze bieden ook full coverage aan voor een bedrag tot €3000.
Ik verbleef tijdens m’n Schotse reizen in de volgende hostels en hotels
–Edinburgh Backpackers – Edinburgh: leuk hostel met een aantal privékamers op tien meter van de Royal Mile.
–Hotel Du Vin – Edinburgh: mooi wijnhotel vlakbij Greyfriars Kirkyard
–Cruachan Hotel – Fort William: eenvoudig maar gezellig hotel in een landhuis naast een meer in Fort William.
–Tingle Creek Hotel – Kyle of Lochalsh: klein hotelletje in een prachtig landschap tegenover de kust van Skye. Niet ver van Eilean Donan Castle (hoofdfoto van dit artikel en één van de meest gefotografeerde gebouwen in Schotland).
–Storr Apartments – Isle of Skye
–Kinloch Lodge – Isle of Skye
–Oak Tree Inn – Loch Lomond: Hotelletje dat ook cottages verhuurd aan de oevers van Loch Lomond.
–Glasgow Youth Hostel – Glasgow: groot hostel in Glasgow bij Kelvingrove Park.
Zin in een aantal andere Europese trips? Lees hier m’n posts over Noordwijk, Kroatië, het Zwarte Woud, Porto, Warschau, Lodz, Riga en Vilnius.
No Comments