Azië Citytrip Cultuur Japan Uitgelicht

Tokyo: Ontdek Asakusa in 13 Reistips en Bezienswaardigheden

Tokyo is de grootste stad ter wereld, met tal van leuke buurten om in te verdwalen. Asakusa bijvoorbeeld, is één van de meest authentieke en interessante wijken van de Japanse hoofdstad. Trot Op! trok de straat op en zette de grootste en verrassendste bezienswaardigheden van dit oude stadsdeel voor je op een rij. 

Asakusa - Sensoji Temple

Asakusa – spreek uit: “Asáksa” als je Japans wilt klinken – is één van de populairste wijken van Tokyo. Da’s niet onlogisch, want de grootste toeristische trekpleister van de hele stad ligt er en de hotels zijn er vrij goedkoop. Bovendien is Asakusa één van de weinige delen van Tokyo waar je nog een duidelijk beeld krijgt van de veel oudere stad die ooit was. Straatjes met houten huizen waar de elektriciteitskabels nog als lianen van gevel naar gevel slingeren; een hoop verborgen tempels en schrijnen (meer dan 150) en mooie overdekte gaanderijen vol familiezaakjes zonder Engelse kaart: Asakusa ademt het soort authenticiteit en nostalgie uit waar je in het vluchtige Tokyo als bezoeker soms naar smacht. Ondanks de recente vernieuwingswoede rond de Olympische Spelen – daar zijn in de hele stad iconische gebouwen voor gesneuveld – voelt Asakusa op veel plaatsen nog steeds aan alsof de tijd er minstens een jaar of zestig is blijven stilstaan. Een beetje zoals in Brugge zeg maar, maar dan met het iets begrijpelijkere Japans als voertaal.

 

Tokyo: Ontdek Asakusa in 13 reistips en bezienswaardigheden

Asakusa ligt in het noordoosten van Tokyo – nog net niet in de buitenwijken – en is het voornaamste deel van de zogenaamde shitamachi (“de lage stad” waar meer oude gebouwen zijn blijven staan). Het kloppende hart van de wijk is de grote Sensoji Tempel, en da’s meteen ook waar alle toeristen als vliegen op een aanlokkelijk dampende drol naartoe gezogen worden. Daardoor is het er doorlopend druk tot de winkels ’s avonds sluiten. Zelf sliep ik op een half uur wandelen van Sensoji in een goedkoop hotel in Oku Asakusa. Da’s een veel residentiëler gebied ten noorden van de tempel. Er komen amper toeristen, en tijdens de werkuren loopt er buiten de occasionele tweehonderd jaar oude Japanse bomma bijna geen volk rond. Heerlijk was dat: na een intense dag vol foto’s en metro’s nemen in het donker langs bijna verlaten straten richting m’n lonkende bed kunnen stappen – een lonkende tatami-mat in mijn geval. Ik werd tijdens m’n verblijf op zowat heel Tokyo verliefd, maar Asakusa zou wel eens m’n favoriete buurt kunnen zijn. Er valt dan ook heel wat te zien en beleven, maar sommige plekken loop je zo voorbij als je ze niet expliciet weet zijn. Daarom dit overzicht. Vollediger kon ik het als tijdelijke passant niet maken.

 

1. Bezoek de Sensoji Tempel

Asakusa - Sensoji Temple
Asakusa - Sensoji Temple
Asakusa - Sensoji Temple
Asakusa - Sensoji Temple

Sensoji is niet alleen de belangrijkste tempel van Tokyo, het is ook de alleroudste. Gesticht in het jaar 628 (da’s inderdaad lang geleden ja) werd hij doorheen de jaren ettelijke keren herbouwd. Dat komt omdat ze in Tokyo de pech hebben op een paar rusteloze breuklijnen te liggen en destijds zowat alle huizen met hout en van die papieren schuifdeuren in elkaar werden geknutseld. Telkens er tijdens een aardbeving ergens een wok van het vuur vloog, ging de halve stad in vlammen op. Ook tijdens WOII kreeg Tokyo het zwaar te verduren. Daarom is de huidige versie van de tempel vrij recent.  Aan de originele bouw hangt trouwens een legende vast. Twee vissers haalden per abuis een beeld van Kannon uit het water: de boeddhistische godin van genade. Omdat je met een standbeeld niet gegeten hebt, smeten ze het ding gauw weer het water in en dat was dat. De volgende ochtend stond het er echter vrolijk terug, waarna ze besloten het zekere voor het onzekere te nemen en er dan maar een tempel rond te zetten. Met godinnen – zelfs die van genade – kan je immers niet voorzichtig genoeg zijn.

“Sensoji is het kloppende hart van Asakusa. Het is ook de oudste en belangrijkste tempel van Tokyo, wat een enorme hoop toeristen aantrekt. Wie hier in alle rust rond wil snuisteren, komt best pas na zonsondergang.”

Wie Sensoji zoals het hoort langs de hoofdingang binnenwandelt, moet door de Kaminarimon (“De Donderpoort”). Da’s een fotogenieke toegangspoort waar een rode lampion van zo maar even 700 kilo aan vasthangt. Hier worden de hele dag fotosessies afgewerkt, meestal door de goed afgerichte vriendjes van een hoop kimono-dragende en hun haar vol lintjes gevlochten Chinese toeristen. In de tempel zelf kan je bidden naar believen, maar je kan er ook je eigen toekomst voorspellen. Daarvoor moet je honderd yen in een gleuf droppen en vervolgens met een ijzeren doos schudden tot er een stokje uitvalt. Daarop staat een getal dat correspondeert met een lade waarin je lot op een keurig papiertje op je ligt te wachten. Onverwacht slecht nieuws? Knoop het gauw aan één van de rekjes buiten of je neemt je ongeluk mee naar huis. Wie de tempel graag in alle rust beleeft komt best na zonsondergang terug. ’s Avonds wordt alles mooi verlicht en zijn de winkels gesloten. Meer sfeer en veel minder toeristen: ideaal voor een meer ingetogen bezoek.

 

2. Nakamise-dori: winkelen in een straat uit het Edo-tijdperk

Asakusa - Nakamise-dori

Nakamise-dori leidt vanaf Kaminarimon kaarsrecht richting tempel. Alles ligt hier al min of meer onaangeroerd sinds de 17e eeuw, waardoor het één van de oudste nog operationele winkelstraten van Japan is. Veel van de bijna honderd zaakjes die de straat flankeren, worden al generaties door dezelfde families uitgebaat. In Nakamise-dori is het zo mogelijk nog drukker dan in Sensoji zelf, waardoor je er meestal aan een slakkengang doorheen loopt te schuifelen. Da’s op zich geen ramp, want er valt een berg souvenirs te scoren. Hier verkopen ze alles van traditionele kunstwerkjes, kimono’s en sandalen tot algemene toeristische prullen en zelfs samoeraizwaarden voor wie graag tegengehouden wordt door de douane. Ook een hoop traditionele zoetigheden zijn er te krijgen. Ningyouyaki zijn bijvoorbeeld koekjes in allerlei vormen gevuld met zoete rode bonenpasta – niet verkeerd. Tegenover Nakamise-dori ligt het opvallende Asakusa Culture Tourist Information Centre. Daar beantwoordt men al je niet te persoonlijke vragen, en kan je gratis de lift naar de bovenste verdieping nemen voor een mooi uitzicht over de tempel.

 

3. Sfeervol slenteren in Asakusa: Denboin-dori, Hoppy Street en de Nishi-Sando Shopping Arcade

Asakusa - Denboin Dori
Asakusa - Nishi Sando Street
Asakusa - Hoppy Street

Rond Sensoji ligt meer dan één aangenaam straatje. Een aantal zijn overdekte arcades en de mooiste is Nishi-Sando Street. De eerste winkel die je daar ziet als je van de tempel komt is Kagetsudou. Daar kan je melon pan kopen. Dat zijn zoete ronde broodjes met een korst die met allerlei vullingen verkocht worden. Denboin-dori is dan weer een zijstraat van Nakamise-dori en een ander mooi relikwie uit het Edo-tijdperk. De straat wordt verlicht door oude lantaarns en veel gevels zijn hier nog uit hout opgetrokken. Asakusa was vroeger de plek waar men naartoe trok om geëntertaind te worden. Men ging er naar het Kabuki-theater of de cinema en daarna op café (of naar de hoeren, maar hou het stil). Het liep hier destijds dan ook vol geisha’s (en prostituees, maar hou het stil). Het feestgedruis is ondertussen al jaren verhuisd naar wijken als Shibuya en Shinjuku, maar in Denboin-dori en de vlakbij gelegen Hoppy Street kan je die geschiedenis ’s avonds nog een beetje voelen. Hoppy Street is een straatje vol levendige izakaya (kleine Japanse tavernes) die tot laat in de avond openblijven. Denk goedkoop eten en een uitgelaten sfeer. Hoppy is trouwens een ciderachtig drankje dat hier werd uitgevonden. Er zit amper alcohol in, maar proberen staat vrij.

 

4. Koop plastieken eten in Kappabashi Kitchen Street

Asakusa - Kappabashi Kitchen Street
Asakusa - Kappabashi Kitchen Street
Asakusa - Kappabashi Kitchen Street
Asakusa - Kappabashi Kitchen Street

Wie ogen heeft en ooit meer dan vijf minuten in Japan rondwandelde heeft ze wel gezien: de griezelig realistische plastieken gerechten in het uitstalraam van zowat elk restaurant. Wie maakt die dingen, waar koopt iedereen ze en waarom gebruiken ze niet gewoon foto’s? Op twee van die vragen vind je het antwoord in Kappabashi Kitchen Street. Da’s een straat in Asakusa met aan weerszijden tientallen winkels die alles in huis hebben dat een restaurantuitbater ook maar enigszins nodig zou kunnen hebben. Van servies en servetten tot hele fornuizen, vlijmscherpe messen en in sommige zaken dus ook fake gerechtjes. Dat ziet er allemaal naast elkaar uitgestald best vreemd uit. Vooral het enorme aanbod is fascinerend. In sommige winkels hangen hele rekken vol met alle mogelijke variaties aan plastieken sushi, en staan er rijen vol ijscoupes geordend op smaak en kleur. Honderden verschillende gerechten kan je er krijgen: allemaal met een extreem gevoel voor realisme gemaakt en vaak exponentieel duurder dan de versies die je wel kan opeten. De straat valt trouwens amper te missen. Op het dak van het eerste gebouw staat de reusachtige kop van een kwaad kijkende chef-kok gemonteerd. Meteen goed voor een aantal verse nachtangsten voor de kleuter die in het appartement er tegenover in slaap moet zien te raken.

 

5. Daal af in krochten van Asakusa Underground Shopping Street

Asakusa - Asakusa Underground Shopping Street
Asakusa - Ninjabar
Asakusa - Asakusa Underground Shopping Street

Onder de straten rond Asakusa Station ligt een door de tijd vergeten stukje Tokyo waar zelfs veel locals nooit passeren. De Asakusa Underground Shopping Street is een tunnelstraatje dat zo uit Bladerunner of Cyberpunk 2077 zou kunnen komen. Het werd aangelegd in de jaren vijftig en sindsdien is er geen tegel meer verlegd. Je wandelt er langs een klein dozijn charmante/ietwat louche uitziende zaakjes die al zeventig jaar geen zonlicht meer zagen. Eet voor bijna geen geld een kom noedels of wat gyoza, laat jezelf een nieuwe coupe knippen voor duizend yen of tik wat oude cd’s en dvd’s op de kop (je zal er wel Japans voor moeten leren) maar geniet vooral van de sfeer van elders al lang vervlogen dagen. Een iets hippere en waarschijnlijk ook recentere toevoeging is de NinjaBar. Die gaat pas ’s avonds open en je cocktails en bier worden er zonder dat je het merkt weer volgegoten door een ongrijpbare en altijd waakzame ninja-ober. Asakusa Underground Shopping Street heeft meerdere ingangen die niet zo eenvoudig te vinden zijn (eentje ligt rechtstreeks in het metrostation). Ik daalde meestal af via de trappen in de overdekte straat tegenover Ekimise. Dit soort plekken verdwijnt aan sneltempo in Tokyo, en da’s jammer. De geschiedenis en de sfeer die ermee verloren gaan kunnen door geen enkele blitse glazen wolkenkrabber gecompenseerd worden.

 

6. Asakusa Hanayashiki: het oudste pretpark van Japan

Asakusa - Hanayashiki
Asakusa - Hanayashiki
Asakusa - Hanayashiki

Vlakbij de Sensoji Tempel – je kan één van de attracties zelfs vanuit de tuinen zien staan – ligt Asakusa Hanayashiki. Da’s het oudste pretpark van Japan, dat wat verloren ligt tussen een paar appartementsblokken. Achter dit op het eerste zicht karige stadspretparkje – het lijkt wel de budgetversie van Tivoli in Kopenhagen – zit een geschiedenis van meer dan honderdvijftig jaar. Tijdens de Edo-periode werd het park geopend als botanische tuin, en daarna deed het jarenlang dienst als zoo. Na de Tweede Wereldoorlog werd het opnieuw opgebouwd en werden de eerste echte attracties neergezet. Die voelen ondertussen heerlijk retro aan: je kan er een ritje maken op de oudste rollercoaster van het land, draaimolens allerhande uitproberen, een spookhuis bezoeken of in een soort helikoptertje met pedalen op een luchtspoor fietsen om van de skyline van Tokyo te genieten. De inkom is 1.200 yen (een euro of zeven) en daarna haal je bonnetjes uit de automaten waarmee je de afzonderlijke attracties op kan (meer dan een paar honderd yen is het nooit). Asakusa Hanayashiki is de ideale plek voor wie in Tokyo even iets compleet anders wil doen. Het is misschien Disneyland niet, maar charmant is het zeker en wachtrijen heb ik er niet gezien.

 

7. Sumida Park: kom tot rust langs het water

Asakusa - Sumida Park
Asakusa - Sumida Park
Wat te doen in Asakusa - Matsuchiyama Shoden

Wie even aan de drukte wil ontsnappen, stapt in Asakusa best richting waterkant. De wijk ligt immers uitgespreid langs de Sumida-rivier, en daar heeft men om iedereen een plezier te doen een mooie wandelpromenade en bijbehorend park aangelegd. Tijdens de lente loop je hier onder prachtige kersenbloesems door, maar het beste zicht op de Tokyo Skytree aan de overkant krijg je het hele jaar door. Via de Sumida River Walk kan je er zelfs rechtstreeks over het water naartoe stappen. De promenade ligt op een paar minuten wandelen van het drukste deel van Sensoji, en toch is het hier altijd bijna buitengewoon rustig. Dit was met voorsprong m’n favoriete plek in Asakusa om uit te waaien. Vlakbij de waterkant ligt trouwens Matshuchiyama Shoden. Da’s een minder gekende en wat weggemoffelde tempel die als vrediger alternatief voor Sensoji kan dienen. Hier een gebed afsteken is goed voor zowel je liefdesleven als voor je werk- en familiegeluk. Kwaad kan het dus zeker niet. Voor het altaar ligt meestal een berg daikon-radijzen. Die worden door gelovigen achtergelaten als gift voor de god Kangiten (de Japanse versie van de olifantgod Ganesha). Omdat Kangiten ze om één of andere reden nooit opeet, worden ze de volgende ochtend gratis uitgedeeld aan wie ze maar wil. Rabiate radijzenfans dienen dus hun wekker te zetten.

 

8. Beklim de Tokyo Skytree

Asakusa - Tokyo Skytree
Asakusa - Tokyo Skytree
Asakusa - Tokyo Skytree
Wat te doen in Asakusa - Sumida Aquarium

De Tokyo Skytree zelf ligt op een kort wandelingetje van Asakusa aan de overkant van de rivier en is zo maar even 634 meter hoog. Dat maakt het de hoogste vrijstaande toren ter wereld en het derde hoogste gebouw tout court. Eigenlijk is de Skytree voornamelijk een zendmast voor radio en televisie (de Tokyo Tower – een iets hogere kopie van de Eiffeltoren die de functie eerst uitvoerde – werd steeds meer omsingeld door wolkenkrabbers, waardoor het signaal verstoord raakte). Om er meteen ook wat munt uit te slaan werd onder de toren een groot winkelcentrum geopend, net als twee observatieplatformen op 350 en 450 meter hoogte. Kaartjes kosten best wat geld, en omdat je eigenlijk in een uithoek van Tokyo staat zijn er betere en goedkopere opties beschikbaar. Dit zijn uiteraard wel de allerhoogste. Beneden vind je naast 300 winkels en restaurants ook een planetarium, een Pokémon Centre en een Kirby Café waar al het eten kawaii is (wel op voorhand boeken). De bekendste attractie is er het Sumida Aquarium. Dat kwam tijdens covid even in het nieuws omdat hun palingen geen bezoekers meer gewend waren en zich verstopten telkens iemand in de buurt kwam. Om dat te verhelpen deed het personeel een oproep om met de beesten te videobellen, en omdat iedereen toen toch niets anders te doen had werd dat een groot succes. Mooi aquarium met een aantal prachtige tanks, maar met helaas ook met veel te weinig ruimte voor de zeeleeuwen die ze er hebben. Doe met die informatie wat je wil.

 

9. Kijk vol ontzag naar de Golden Poo

Asakusa - Golden Poo
Wat te doen in Asakusa - Asahi Skyroom
Wat te doen in Asakusa - Sumida River Walk

Vanuit Sumida Park heb je niet alleen het beste zicht op de Tokyo Skytree, er vallen nog twee andere unieke gebouwen op. Eén daarvan gaat stiekem de concurrentie met de toren aan en heeft op zo’n honderd meter hoogte een gratis uitkijkpunt. Dit is het hoofdkwartier van de Asahi-brouwerij en het ziet er uit als een grote gouden pint met een schuimkraag. In die kraag zit de Asahi Sky Room. Da’s een rooftopbar op de 22ste verdieping. Eén drankje bestellen en je hebt voor een fractie van een Skytree-ticket een bijna even mooi zicht. Het gebouw rechts van de Sky Room is de Asahi Beer Hall. Op het dak staat een gouden constructie die normaal een mooi rechtopstaande vlam had moeten voorstellen. Omdat het beeld te zwaar bleek om recht te blijven staan, besloot de ontwerper het geheel dan maar horizontaal te monteren. Jammer genoeg lijkt het prestigeproject daardoor op een enorme gouden drol en wordt het sindsdien door iedereen “The Golden Poo” genoemd. Erg populaire plek voor selfies en ook Asahi hoeft niet te wanhopen: goud kakken brengt in Japan blijkbaar geluk.

 

10. Ryogoku Kokugikan: woon een sumo-tornooi bij

Yves Picq http://veton.picq.fr

*Foto door Yves Picq

Altijd al eens twee in een reetveter gehesen vleesbergen wild op elkaar in willen zien beuken? Trek dan eerst naar een psycholoog en dan naar Ryogoku Kokugikan. Da’s de grootste sumo-arena van het land en ze ligt een stuk ten zuiden van Sensoji aan de andere oever van de Sumida. Er kan elfduizend man binnen – vijfduizend als ook de toeschouwers sumoworstelaars zijn – en dat zorgt voor een indrukwekkende sfeer. Die heb ik niet mogen meemaken, want helaas stond er toen ik in Tokyo was geen wedstrijd gepland. In dat geval kan je enkel het Sumomuseum bezoeken dat een aantal artefacten uit de sport tentoonstelt, of een kom chanko nabe eten: een traditioneel hotpotgerecht dat sumoworstelaars bijna dagelijks binnenspelen om op gewicht te blijven. Niet meteen ongezond, maar wie het elke dag eet kan z’n dieet wel op z’n fors aangegroeide buik schrijven.

 

11. Het Edo-Tokyo Museum: een blik op de geschiedenis van Tokyo

Edo Tokyo Museum - Copyright Kakidai

*Foto door Kakidai

Tegenover Ryogoku Kokugikan ligt het Edo-Tokyo Museum. Da’s het voornaamste museum in de buurt van Asakusa, maar je kan er momenteel nog even niet binnen omdat het grondig gerenoveerd wordt. Het museum ligt in een indrukwekkend modern gebouw en stelt de geschiedenis, cultuur en ontwikkeling van Tokyo tentoon vanaf het begin van de Edo-periode (toen het als veredeld vissersdorp uit het niets de hoofdstad van Japan werd) tot de moderne megastad die het vandaag is. Het museum is in twee thematische delen gesplitst. Het Edo-gedeelte staat vol levensgrote modellen en artefacten: van iconische bruggen tot samoeraiwoningen en kabukitheaters. Het moderne deel geeft dan weer heel wat informatie over de heropbouw en ontwikkeling van Tokyo na de grote aardbeving van 1923 en na de Tweede Wereldoorlog. In 2025 zou het museum opnieuw moeten openen.

 

12. Gooi shuriken in het Samurai Ninja Museum Tokyo

Asakusa - Samurai Ninja Museum Tokyo
Asakusa - Samurai Ninja Museum Tokyo
Asakusa - Samurai Ninja Museum Tokyo
Asakusa - Samurai Ninja Museum Tokyo

Het weer was me – zeker voor november – gunstig gezind in Tokyo. Op één van de weinige regendagen, zat ik te googelen naar meer waterdichte alternatieven voor m’n originele plannen. Zo stootte ik plots op het Samurai Ninja Museum Tokyo dat bijna achter m’n hoek lag. Op de foto’s stonden vooral toeristen die poseerden in plastieken samoeraioutfits – wat er een tikje idioot uitzag – maar de reviewscores waren talrijk en bijna universeel hoog. Ik besloot er een kijkje te nemen, en wist vervolgens zelf ook niet aan de fotoshoot te ontsnappen. Los van deze gimmick en de als ninja verklede gidsen, is dit best een interessant museum. Je komt er heel wat concrete dingen te weten over de samoerai en over het leven in Japan onder de Shoguns. De gidsen kennen hun stof en spraken ongeveer het beste Engels dat ik tijdens m’n hele trip te horen kreeg. Verder staan er heel wat originele katana’s en mooi ontworpen samoeraiharnassen tentoon. Op het eind van de toer mag je met een aantal shuriken in een roos proberen smijten – de winnaar krijgt er eentje. Erg aangenaam bezoek, en op een uurtje ben je alweer buiten.

 

13. Koop je ziek aan souvenirs in Don Quijote

Asakusa - Don Quijote
Asakusa - Don Quijote
Asakusa - Don Quijote

Don Quijote is in Japan een beetje een begrip. Het is een keten van enorme winkels (denk Target in de VS) waar ze ongeveer alles in huis hebben dat we als mensheid ooit produceerden. In Asakusa ligt er één op Rokku Broadway. Da’s de voornaamste winkelboulevard van de wijk, waar in het weekend allerlei straatartiesten hun ding doen. De Don Quijote in kwestie is een schreeuwerig doolhof van ettelijke etages, met een ingang die verscholen ligt achter een paar vreemd ingerichte aquaria – eentje zit zelfs vol murenes. Binnenin verkopen ze letterlijk alles: eten, kleren en huishoudproducten, maar ook Mariopoppen, eetstokjes, en zelfs kawaii-teennagelknippers. Er staat ook een rek vol fleshlights in de aanbieding (voor de niet-connoisseurs: dat zijn vibrerende buizen om je piemel in te steken). Tenga is de naam van het merk en ze zijn verbazend goedkoop. Reviews mogen altijd in de commentaren onderaan geplaatst worden.

 

Reistips voor Tokyo: hotels boeken, openbaar vervoer gebruiken en hoe je te gedragen

Asakusa - Sensoji Temple
Asakusa - Sensoji Temple
Asakusa - Samurai Ninja Museum Tokyo

** Disclaimer: Dit stukje bevat een aantal (nuttige) affiliate links. Dat wil zeggen dat als je bijvoorbeeld een hotel, tour of e-sim boekt via een doorverwijzing op deze pagina, ik daar een kleine som voor ontvang waardoor er brood op tafel komt zonder dat ik er m’n lichaam op straat voor moet verkopen. Jou kost dat trouwens geen halve cent extra, dus niet twijfelen. Dankjewel! **

Waar je in Tokyo op hotel gaat maakt eigenlijk niet uit en hangt af van je budget en interesses. Zorg er wel voor dat je dicht bij een metrostation zit. Dat spaart je heel wat tijd uit en buiten hier en daar een bus heb je geen enkel ander vervoersmiddel nodig. Zelf bleef ik in het basic maar erg goedkope en gastvrije Juyoh Hotel, en dat vond ik op Booking.com.

Koop voor je in Japan arriveert een lokale e-simkaart. Zelf gebruik ik al jaren Airalo. Da’s een app waarmee je met een paar klikken makkelijk en voordelig mobiele data kan kopen voor zowat elk land ter wereld. Installeer alles thuis en activeer de simkaart na de landing: klaar is kees. In Japan heb je echt mobiel internet nodig om je met Google Maps door de metrostations te navigeren. De app vertelt je perfect welke trein wanneer aankomt, welke wagon het best is voor je overstap en langs welke uitgang je buitenmoet om het snelst op je bestemming te zijn. Zonder online hulp loop je gegarandeerd verloren. Het metronetwerk is gigantisch.

Om vlot het openbaar vervoer te gebruiken heb je een Suica-kaart nodig. De Welcome Suica Card is specifiek bedoeld voor toeristen en is online bestelbaar. Je kan de kaart in elk station met cash opladen via de automaten op de foto hieronder, en ze werkt in quasi alle Japanse steden. De Suica-kaart werkt ook als algemeen betaalmiddel. De Japanse economie werkt veel meer met cash dan de Europese, dus als je in de winkel niet met je Suica betaalt, loop je na twee dagen met een halve kilo onbruikbare muntjes in je broekzak rond.

Asakusa - Suica Card
Asakusa - Suica Card

Wie van plan is met de Shinkansen sneltrein een hoop verschillende steden aan te doen, koopt best een Japan Rail Pass (boek hier via de directe link). Dat doe je liefst een hele tijd op voorhand, want ze sturen hem op per post en in Japan zelf kan je er geen meer krijgen. Wie zoals ik maar een stad of vier bezoekt, is misschien goedkoper af door de tickets afzonderlijk en ter plaatse te kopen – even uitrekenen is de boodschap. Hoe verder de bestemmingen uit elkaar liggen, hoe duurder uiteraard. Wie zich daar allemaal niet mee bezig wil houden en z’n bezoek aan Japan graag tot in de puntjes geregeld ziet, vindt op Japan Experience een heleboel prachtige individuele of groepsreizen van een week of meer.

Ben je een budgetreiziger, dan zijn 7-Eleven en Lawson je beste vrienden. Die convenience stores (“Konbini” in het Japans) vind je op quasi elke straathoek, en in tegenstelling tot in de rest van de wereld hebben ze hier daadwerkelijk lekker eten in huis. Degelijke opwarmmaaltijden (die steken ze gratis voor je in de microgolf), heerlijke gebakjes en dessertjes, maar ook een hoop avontuurlijke shit die ik niet durfde proeven. Supermarkten zijn nog goedkoper, maar zijn ’s nachts gesloten. 7-Eleven heeft trouwens ook altijd een bankautomaat staan die alle buitenlandse kaarten aanvaardt, wat in Japan geen sinecure is.

EU burgers hebben om Japan binnen te raken geen visum nodig voor reizen tot negentig dagen. Je kan dus zonder enig probleem morgen vertrekken moest je dat willen. De yen staat historisch laag, dus het is het moment.

Japan is een erg gedisciplineerd land. Elementaire beleefdheid en rekening houden met anderen zijn er vanzelfsprekend. Hang dus niet de luide toerist uit. Zet je telefoon op stil in de metro, sta mooi aan de kant op de roltrap en hou je afval bij tot je een vuilnisbak ziet (haha: er zijn er bijna geen). Het is allemaal niet zo moeilijk. Leer een aantal Japanse basiszinnetjes uit het hoofd om vriendelijk goedemorgen en bedankt te kunnen zeggen, en boek niet één van de vele in Nintendo-kostuums uitgedoste karting tours die je overal door de stad ziet sjezen. Je rijdt als een idioot voor ieders voeten op de openbare weg en pendelend Tokyo zal je stiekem haten. Ze noemen het er letterlijk “stupid cars”. Voor een hoop tours en activiteiten in Tokyo die (meestal) wel verantwoord zijn, neem een kijkje op GetYourGuide.

Zin in een andere Aziatische trip? Lees hier m’n artikels over Peking, Shanghai, Singapore en Hanoi.

 

You Might Also Like

No Comments

    Leave a Reply