Odaiba is een kunstmatig eiland in Tokyo Bay dat een aantal van de vreemdste attracties van de hele stad in de aanbieding heeft: van psychedelische lichtinstallaties en enorme bewegende robots tot een museum dat volledig gewijd is aan Unko. Wat dat laatste precies is, lees je zometeen.

Een bezoek aan Odaiba voelt alsof je op dagtrip gaat buiten Tokyo, zonder de stad echt te verlaten. Alles is hier net iets anders dan in de rest van de hoofdstad. Het is er wat overzichtelijker, er is meer open ruimte en af en toe krijg je zelfs een frisse zeebries in je gezicht geblazen. Die komt niet uit het niets, want Odaiba is een eiland. Een kunstmatig eiland zelfs, dat pas rond 1850 samen met vijf andere exemplaren door het Shogunaat werd opgespoten. De voornaamste functie van deze herwonnen grond was het beschermen van Tokyo Bay tegen gebeurlijke zee-invasies. Een dikke eeuw lang was Odaiba dan ook niet meer dan een fort vol kanonnen (“Daiba” betekent batterij in het Japans – niet de Duracellversie). Toen tijdens WOII bleek dat je met kustforten weinig bent als de vijand er fluitend met z’n brandbommen kan overvliegen, liet men alles leegstaan en raakten de eilanden in verval. Het duurde tot begin jaren negentig tot de overheid een nieuw masterplan voor Odaiba klaar had. Men zou er het Tokyo van de toekomst van maken: hightech, groen en leefbaar. Op het verwaarloosde eiland zou een modelstad worden gebouwd, die een gezonde combinatie van wonen, werken en ontspanning moest bieden. Top-idee, maar de theorie is de praktijk nog niet.
Odaiba: stranden, robots en een vleugje USA in Tokyo Bay
In 1993 werd een belangrijke eerste stap in de ontwikkeling van het eiland genomen met de opening van de monumentale Rainbow Bridge die Odaiba met het vasteland verbond. Helaas liep het met de rest van het plan iets minder vlot. Dat kwam voornamelijk omdat de bouwwerken samenvielen met het uiteenspatten van de Japanse beursbubbel. Daardoor hadden veel investeerders plots geen geld meer, waardoor er vertraging en vervolgens leegstand ontstond. Het duurde bijna een decennium voor daar zichtbare verandering in kwam. De modelstad is er nooit echt gekomen. Echt veel volk woont hier nog steeds niet – zeker niet in vergelijking met de rest van de stad. Toch is Odaiba erg populair, maar dan voornamelijk als bestemming voor entertainment en events. Verschillende grote hotels en moderne malls werden hier neergezet; in 2021 werden er ook een aantal Olympische disciplines afgewerkt (het Olympisch dorp lag op een eiland vlakbij) en er vallen verschillende musea, Japanse onsen, overdekte pretparken en digitale installaties te bezoeken. Zelfs de grote tonijnveiling van Tsukiji verhuisde uit plaatsgebrek hiernaartoe (op het vlakbijgelegen Toyosu). Dit zijn een aantal van de belangrijkste bezienswaardigheden.
1. Het Odaiba Marine Park: lig eens een middag op het strand



Wie een reis naar Tokyo boekt heeft waarschijnlijk een hoop dingen op de planning gezet, maar een dag op het strand liggen staat daar zo goed als zeker nooit tussen. Toch kan het hier perfect, en dat hebben we voornamelijk aan het opspuiten van Odaiba te danken. Het Odaiba Marine Park is een zandstrand van een meter of achthonderd, dat uitkijkt op de Rainbow Bridge en op de skyline van Tokyo. Het wordt afgezoomd door een bebost park, een promenade en een paar hotels die zo uit Turkije zouden kunnen komen: je bent meteen in vakantiestemming. Zwemmen is niet toegelaten – de waterkwaliteit rond een stad van bijna veertig miljoen mensen is zelden fantastisch – maar op het strand kan je sporten, en windsurfen en paddle boarden mag blijkbaar wel. Toen ik er een kijkje ging nemen was het strand zo goed als leeg – op een voormiddag eind november lijkt me dat normaal – maar tijdens de zomer kan het hier erg gezellig worden. Het witte strand in combinatie met het indrukwekkende uitzicht aan de overkant van het water, is misschien wel één van de meest onverwachte beelden die je in Tokyo kan maken.
2. De Rainbow Bridge en het vrijheidsbeeld



Over onverwachte beelden gesproken: Op Odaiba kan je San Francisco en New York op één foto zetten. Daarvoor moet je de verhoogde houten promenade die tussen de bomen langs het water loopt op, tot je plots bij een exacte maar iets kleinere kopie van het Amerikaanse Vrijheidsbeeld op het strand terechtkomt (een beetje zoals op het einde van de originele Planet of the Apes). Dat werd in 1998 ter ere van één of ander feestjaar door de Fransen aan Japan geschonken, en werd vervolgens zo populair dat men het nooit meer heeft weggehaald. Misschien moet Macron binnenkort even het originele exemplaar uit New York terugvorderen en het ernaast komen zetten, want daar hebben ze het blijkbaar niet meer nodig. Wie z’n hoek juist kiest kan in de achtergrond de sterk op de Golden Gate Bridge lijkende Rainbow Bridge mee op de foto zetten, en wie met z’n rug tegen het Aqua City winkelcentrum staat krijgt er ook nog het grote “LOVE” teken mee op. Die foto neem je trouwens best tijdens of net na zonsondergang, want dan worden zowel het beeld als de brug mooi verlicht. Meestal zijn de pijlers gewoon wit, maar in december krijgen ze een maand lang alle kleuren van de regenboog – hence the name.
3. Het Fuji Television Building: moderne Japanse architectuur op z’n best

De skyline van Tokyo is voornamelijk indrukwekkend door de bijna onbevattelijke schaal ervan, maar in tegenstelling tot steden als Shanghai en Hong Kong, is het aantal echt unieke, gedurfde gebouwen in verhouding vrij gering. Eén van de weinige echte uitzonderingen is het hoofdkwartier van Fuji Television dat hier eind jaren negentig tegenover de pier werd gebouwd. Da’s een maf gebouw dat het best te omschrijven valt als retro-futuristisch (als in: hoe mensen in de nineties dachten dat gebouwen er in de toekomst zouden uitzien). Ik ben alvast fan. Het gros van het gebouw zou er buiten een paar random gaten relatief normaal uitzien, ware het niet dat men er in het midden een bol van het Atomium tegen heeft geplakt. Da’s de Hachitama Spherical Observation Room, en die kan je bezoeken voor een topuitzicht over het hele eiland. De rest van het gebouw valt tijdens een rondleiding bezichtigen. Die brengt je tot op de daktuin en licht een tipje van de sluier op over hoe het er in de Japanse televisiewereld aan toe gaat.
4. De Unicorn Gundam: zeg dag tegen een enorme robot

De Unicorn Gundam die voor DiverCity staat, is één van de meer geschifte only in Japan taferelen die je in Tokyo zal vinden: een bijna 20 meter hoge robot die in 2017 werd onthuld en een paar keer per dag in beweging schiet. Hij komt uit Mobile Suit Gundam: een animatiereeks die voor het eerst eind jaren zeventig werd uitgezonden en vervolgens uitgroeide tot een echte franchise. Tientallen series, films, games en mangareeksen werden er rond uitgebracht. Om de paar uur transformeert de Gundam van Unicorn naar Destroy Mode. Da’s minder gevaarlijk dan het klinkt, en gaat gepaard met heroïsche muziek en een hoop oplichtende en bewegende onderdelen – best indrukwekkend. De transformatie vindt elke dag plaats om elf, één, drie en vijf uur ’s middags. Om zeven uur en halftien ’s avonds doen ze er nog een schepje bovenop met een speciale licht- en geluidshow, waarbij clips uit de serie op de gevel van het winkelcentrum worden geprojecteerd. Ben je iets te vroeg? Geen probleem, binnen vind je vlakbij de ingang een hele food court en op één van de bovenste etages van DiverCity ligt een zogenaamde Gundam Base: een winkel waar duizenden (soms zeldzame) action figures uit de franchise staan uitgestald.
5. Het Unko Museum: leer je grote boodschap omarmen




In datzelfde Divercity vind je meteen al het volgende only in Japan verhaal, want het dient ook als thuisbasis voor het Unko Museum: één van de meest opmerkelijke musea in Japan. Het Unko Museum heeft één grote missie, en die is (jawel) kak schattig maken. Inderdaad, in Japan krijgt men – zolang men het hard genoeg wil – alles gekawaii-iseerd. Ter illustratie deze quote uit hun originele sales pitch:
“Poop will make your everyday, the streets of Tokyo, and the entire world cuter than ever. Come and enjoy this unique unko kawaii world and look at, touch, photograph, and play with poop, for a unique experience that can be found nowhere else.”
Dat klinkt heel erg onappetijtelijk, maar eigenlijk is dit voornamelijk een hilarische plek om selfies in te maken. Bij het binnenkomen word je op een snoepkleurig wc gezet, waarna je je eigen drol op een stokje mag steken. Die kan je vervolgens gebruiken om allerlei attracties in gang te zetten. Die variëren van allerlei grappige decors en achtergronden tot interactieve projecties en zelfs videospelletjes over stront. Dit alles uiteraard begeleid door een hele lichtshow en het kak-equivalent van de vervelend opgewekte winkelmuziek van tijdens de feestdagen. Het is allemaal vrij ridicuul, maar ik heb me oprecht geamuseerd en achteraf kan je nog allerlei drol-gerelateerde souvenirs meenemen. Tickets koop je hier.
6. Andere musea op en rond Odaiba

Op en rond Odaiba liggen verrassend veel musea en installaties verspreid. Hier zijn de voornaamste.
-TeamLab Planets (op Toyosu): Totaalervaring vol psychedelische digitale kunstinstallaties. Je waadt er door warm water waarop allerlei kleuren geprojecteerd worden, loopt er door een mistig grasveld vol lichtgevende zilveren eieren of speelt er in een ruimte vol gigantische tot aan het plafond gestapelde ballonnen. Tickets bestel je best lang op voorhand online (hier bijvoorbeeld). Zelf was ik helaas te laat, anders hadden hier betere foto’s gestaan.
–Tokyo Trick Art Museum: In het winkelcentrum Decks zit een klein en wat ouderwets maar erg charmant museumpje vol optische illusies verstopt. Je loopt er door het Tokyo van de Edo-periode en door tal van klassieke filmscenes. Het superlieve personeel helpt je graag met het nemen van je foto’s.
–Miraikan: Dit is het Japanse Nationale Museum voor Wetenschap en Innovatie, waar je allerlei dingen leert over AI, ruimtevaart, robotica en duurzame ontwikkeling. Je kan er met een humanoïde robot interageren en er staan allerlei interactieve opstellingen.
-Museum of Maritime Science: Museum over de Japanse maritieme geschiedenis in een gebouw dat er zelf als een gigantisch schip uitziet. Binnenin vind je een hoop scheepsmodellen, instrumenten en simulatoren.
7. Het Tokyo Big Sight: het grootste congrescentrum van Japan

Odaiba is – ik heb het al gezegd – één van de voornaamste plekken in Tokyo waar architecten nog echt gewaagde gebouwen durfden neerzetten. Ook de Tokyo Big Sight is er daar één van. Officieel heet dat het Tokyo International Exhibition Centre, en da’s het grootste congres- en expositiecentrum van het land. Elk jaar vinden hier belangrijke beurzen en events plaats, maar verder kan je er als bezoeker weinig gaan doen. Omdat er een treinstop vlak voor de deur ligt, kan je wel altijd makkelijk het gebouw zelf gaan bewonderen. Dat ziet er namelijk uit alsof een intergalactische reus een salontafeltje nodig had, en daar vier piramides op hun kop voor naast elkaar heeft gezegd. Impressionant complex, en om één of andere reden staat er in het gazon aan de overkant ook een enorme zaag in het gras geplant. Heb je die ook meteen gezien.
Algemene reistips voor Odaiba & Tokyo: hotels, tours en openbaar vervoer

** Disclaimer: Deze infosectie bevat een aantal (nuttige) affiliate links. Dat wil zeggen dat als je bijvoorbeeld een hotel of tour boekt via een doorverwijzing op deze pagina, ik daar een klein percentje voor ontvang waardoor er brood op tafel komt zonder dat ik m’n lichaam op straat moet verkopen. Het kost je trouwens geen halve cent extra, dus niet twijfelen. Alvast bedankt! **
Waar je in Tokyo op hotel gaat maakt eigenlijk niet uit en hangt af van je budget en interesses, maar zorg er voor dat je dicht bij een metrostation zit. Dat spaart je elke dag tijd uit en een ander vervoersmiddel heb je eigenlijk niet nodig. Lees m’n artikels, beslis in welke wijk je wil blijven en vergelijk dan net als ik de beschikbare venues op Booking.com.
In Tokyo kan je een waaier aan interessante tours, dagtrips en activiteiten boeken. Neem voor een volledig overzicht een kijkje op GetYourGuide. Je kan bijvoorbeeld een paar uur door Tokyo Bay cruisen in een oude woonboot (inclusief dansen en eten). Wil je de stad even helemaal uit? Ga dan voor een volledig op maat gemaakte dagtrip naar onder meer Mount Fuji en Hakone.
Koop voor je in Japan arriveert een lokale e-simkaart. Zelf gebruik ik al jaren Airalo. Da’s een app waarmee je met een paar klikken makkelijk mobiele data kan kopen voor zowat elk land ter wereld. Installeer alles thuis en activeer de simkaart na de landing: klaar is kees. Google Maps is extreem handig in Tokyo, vooral als je de metro neemt: de app vertelt je perfect welke trein wanneer aankomt, welke wagon het dichtst bij je overstap stopt en langs welke van de twintig uitgangen je buitenmoet om het snelst op je bestemming te raken.
Om vlot het openbaar vervoer te gebruiken heb je een Suica-kaart nodig. De Welcome Suica Card is specifiek bedoeld voor toeristen en is online bestelbaar. Je kan de kaart in elk station met cash opladen via de automaten op de foto hieronder, en ze werkt in quasi alle Japanse steden. De Suica-kaart is ook een algemeen betaalmiddel. De Japanse economie werkt veel meer met cash dan de Europese, dus als je in de winkel niet met je Suica betaalt, loop je na twee dagen met een halve kilo onbruikbare muntjes in je broekzak rond.


Wie van plan is met de Shinkansen sneltrein een hoop verschillende steden aan te doen, koopt best een Japan Rail Pass (boek hier via de directe link). Dat doe je liefst een hele tijd op voorhand, want ze sturen hem op per post en in Japan zelf kan je er geen meer krijgen. Wie zoals ik maar een stad of vier bezoekt is misschien goedkoper af door de tickets afzonderlijk en ter plaatse te kopen – even uitrekenen is de boodschap. Hoe verder de bestemmingen uit elkaar liggen, hoe duurder uiteraard. Wie zich daar allemaal niet mee bezig wil houden en z’n bezoek aan Japan graag tot in de puntjes geregeld ziet, vindt op Japan Experience een heleboel prachtige individuele of groepsreizen van een week of meer.
Cash nodig? Elke 7-Eleven heeft een bankautomaat staan die buitenlandse kaarten aanvaardt (en het eten is er net als in Lawson ook best lekker).
EU burgers hebben om Japan binnen te raken geen visum nodig voor reizen tot negentig dagen. Je kan dus zonder enig probleem morgen vertrekken moest je dat willen. De yen staat historisch laag, dus het is het moment.
Meer Tokyo nodig? Lees hier m’n blog posts over Shibuya, Harajuku, Akihabara, Ginza, Asakusa, Ueno en Marunouchi.
Zin in een andere Aziatische trip? Lees hier m’n artikels over Peking, Shanghai, Singapore en Hanoi.




















No Comments